Tegenwoordig zijn de eetgewoontes van de renners heel anders als die uit mijn begintijd!
Dit klinkt alsof ik al stokoud ben maar zo voel ik mij zeker niet.
Ik spreek dan over de jaren ’80 {1977-1980 }.
Als renner werd je geleerd voor de wedstrijd en dus s’ morgens op de nuchtere maag een biefstuk weg te kauwen.
Dit in combinatie met wat rijst.
Ik als boerenzoon was al op jeugdige leeftijd met gezonde voedingsgewoontes bezig.
Aan de ontlasting van de koeien thuis kon je bijvoorbeeld zien of er goed voer in ging.
Als boer wist je dat met goede voeding je de meeste melk kreeg.
Dit geld natuurlijk ook voor de renner.
Goede voeding voor een optimaal presteren!
Vandaar dat ik in die tijd een extra koffer alleen met voeding meesleepte.
Extra voeding als muesli{koeken} , tarwekiemen , havervlokken en rozijnen.
Tesamen met Knetemann{ de man van de brintapap } was ik een buitenbeentje op dat gebied! Peter Post riep ons twee dan even apart : ” Jongens luister nou eens goed , Laat dit in godsnaam niemand weten anders kan ik wel een extra vrachtwagen voor eten laten aanslepen “.
In bijvoorbeeld Frankrijk was het eten in de hotels magertjes in vergelijking met thuis!
In tegenstelling tot vele van mijn collega’s at ik s’ morgens nooit biefstuk maar zo introduceerde ik de muesli in het peloton!
Mijn tip: probeer altijd zo mogelijk hetzelfde voedingspatroon te handhaven.
Henk heeft maar liefs 13 keer de Tour de France gereden , waarin hij 3 etappe overwinningen boekte!
Als een renner zolang gekoerst heeft , dan heeft hij altijd wel wat bijzonders meegemaakt!
Zo ook in de volgende anekdote:
Supporters in de Tour:
Wat zijn nou echte supporters?
Een goede definitie is moeilijk te geven !
Ik heb ze in alle vormen en maten meegemaakt. Supporters die je omhoog duwen als je kapot zit. Puchez , Puchez , lees duwen op de klim.
Vele maken leuke spandoeken.
Deze vorm van support geeft je een kick.
De klim is bezaait met mensen en dat steunt je zeker weten.
Maar wij als ploeg (Raleigh) maakte ze ook wel eens van de lastige kant mee.
Ik weet nog goed dat we tijdens de koers in een hoog gelegen hotel sliepen.
Nadat iedereen had gegeten en de meeste renners de massagetafel al hadden bezocht verlangde een ieder smachtend naar zijn bed.
Maar helaas , het was al knap laat en er stond een peloton jongelui onder aan de ramen van ons renners te schreeuwen! alsof we in de finale van de col zaten.
Niemand deed een oog dicht.
Zelfs niet na een pittige waarschuwing van een van onze kopmannen!
Deze kwam op het lumineuze idee de supporters een petje te schenken.
Vol enthousiasme vlogen ze op het hoofddeksel af om het vervolgens snel uit handen te doen. Het petje had gefungeerd als frans toilet, en had dus niet alleen de geur van rennerszweet!!
Na luid vloeken en tieren dropen ze af en konden wij eindelijk gaan slapen!
Weten jullie van wie dat petje was?
De Rustdag:
Een rustdag kan in sommige gevallen goed uitkomen.
Bijvoorbeeld wanneer je met darm of maagproblemen te kampen hebt.
Meestal overkomt dit je in de 2e tourhelft
Persoonlijk hield ik niet van rustdagen.
Je krijgt vaak andere verplichtingen opgedragen bv.afspraken met journalisten.
De renner gaat altijd zijn benen losrijden.
Van echte rust is dus geen sprake.
Van de 13 touren die ik heb gereden kan ik mij 1 rustdag nog heel goed herinneren.
Dit was een rustdag met RUST!!De dag speelde zich af boven op Alpe d’Huez.
Ik had bewust met niemand afspraken gemaakt.
Behalve dan met onze mecancien Jan le Grand.
Ik wist dat hij ging vissen.
We hadden afgesproken dat ik hem zou komen opzoeken nadat ik was wezen losrijden. Niemand wist van ons plannetje.
Jan had 2 hengels meegenomen dus dat kwam goed uit!
Toen ik daar arriveerde had hij al een uur zitten hengelen.
Al wat gevangen vroeg ik hem.
Nada , Nothing, Niets .
Ik greep de andere hengel en zocht een mooi plekje aan het meer.
En je zult het misschien niet geloven maar deze boerenzoon haalde 3 prachtige forellen uit het water.
Samen hadden we heerlijk genoten van de rust en de natuur.
Net voor het avondeten kwamen wij weer boven water.
Iedereen vroeg waar ik toch de hele dag had uitgehangen??
Voor het eten brachten we de 3 forellen naar supporters die in een caravan geparkeerd stonden op de parkeerplaats van ons hotel.
Een van de supporters Gerrit genaamd was kok geweest.
Hij wist de vissen op een heerlijke manier te bereiden.
Puur Natuur!
!En wat was dit een lekker toetje!!
De discipline van de ploegleider:
Wat gebeurd er als een renner niet naar behoren presteert? Als hij niet laat zien wat er van hem verwacht wordt!
Men gaat naar oorzaken zoeken. Niet alleen de renner zelf maar vooral ook de ploegleider.
Als je goed rijd hoor je hem niet mopperen.
Dan worden zelfs de slechtste gewoontes door de vingers gezien.
Maar o wee als als je dan een rotdag hebt.
Zo werd ons altijd ingeprent door Post dat het eten van zelfs gekookte aardappels slecht was voor de coureur.
Waarom dat weet niemand maar dat waren nou eenmaal de fabeltjes van vroeger!
Er waren wel eens renners die de verleiding niet konden weerstaan en s’avonds een bordje oerhollandse binten naar binnen werkte maar dat kon gevolgen hebben voor de volgende dag .Dit was een etappe met zware cols erin.
De desbetreffende renner kon altijd al slecht bergop maar volgens Post lag het aan de aardappels.
Hij schroomde dan ook niet dit te laten voelen : De coureur die achterin de groep reed met de tong op het stuur zag in zijn ooghoeken de ploegleiderwagen naderen.
Het raampje ging open en werden er maar weinig woorden gesproken.
Moet je nog wat aardappelen ?!
En het raampje ging weer dicht!
De renner werd nog kleiner dan hij zich dan al voelde.
De ploegleiderwagen reed hem vervolgens rap voorbij , de renner gebroken achterlatend! Waarschijnlijk at hij de volgende dag rijst met sla.